Project van de Cubaans-Belgische kunstenares Lazara Rosell Albear.
2008. TAGMOSIS at Croxhapox. crox 286. Tweedaags festival van Mahaworks en Ciclic Records. Vrijdag 19 en zaterdag 20 december.
crox-box vrijdag 19 december 2008 TAGMOSIS 2008 van Ciclic en Mahaworks. Dinsdag zijn Eli en Lazara aan de
toebereidselen begonnen. 't Is het laatste project voor de winterstop,
een kort itinerant festival met performance, dans, muziek en video. In de grote
zaal kwam een podium terecht, geleverd door Dienst Feestelijkheden.
Roger van Negocito steekt proviand binnen. Er is een geur van soep.
Juan, een Spaanse danser, hij woont in Brussel, is in de videoruimte aan
het oefenen. Jan Van Ryckeghem is bezig met het uitlijnen van een
videoprojectie. Ook Eli en Lazara zijn met een videoprojectie bezig, een
werk van Alda Snopek. Gabriele heeft werk in de filmindustrie, ze is
productie-assistente. Dik ingeduffeld tegen de kou stapt Antoine
Prawerman door de grote zaal. Hij is muzikant, Poolse roots, woont in
Brussel, speelt basklarinet. Giovani Barcella brengt een wit doek aan
voor de doorgang naar de kubus. In de kubus staat een drumstel. Ook hier is een dataprojector. Op een van de boxen ligt een stapel papier
(notities? partituren?) en bovenop die papiervoorraad een Italiaanse
vertaling van Dylan Thomas, POESIE, een editie uit 1976 van Ed. Guanda,
traduit par Roberto Sanesi. Antoine heeft zich in het kantoortje
genesteld, telefoneert. Jan is nog altijd met de dataprojector bezig (...) Het uitlijnen
lukt niet. Hij is er zeker al meer dan een half uur mee bezig. Judith
en Bart springen binnen, wat later Younes, Chris Van der Burght en Alda.
Ik maak gauwgauw een startkas aan. Intussen heeft Barcella een papier
aan de voorzijde van de kubus bevestigd:
Giovani Barcella
personal solo op aanvraag
reservatie 3p max
(...) In een uithoek van de grote zaal
heeft iemand blauwe kunstmest aangebracht. De blauwe korrels
hebben de vorm van een Halloween-figuurtje. Een zaklamp zorgt voor het
nodige sfeerlicht. Juan met zwarte muts en het verzoek of hij een glas
water kan krijgen. Un verre d'eau, in de versie van Ponge: 'mesure de la
capacité des sobres. Capacité pure, existe à peine.' In de kubusruimte
is op dat moment het zingen en roepen van een damesstem te horen.
Monika. Monika staat aan de rand van een autosnelweg en schreeuwt,
scandeert, zingt, roept, kotst. Ze kotst op de autosnelweg. Later zegt
Eli dat hij haar eigenlijk in crox had verwacht. Ze woont in Berlijn. De
afspraak was dat ze een performance ging doen. Nan-Ping is wel op
afspraak. Tegenwoordig werkt ze met Peter Verhelst.
Naast de blauwe
kunstmest ligt een mp3 waarop een filmpje te zien is. Het zou om een
werk van Eli gaan, iets dat hij gisteren gemaakt heeft. De avond begint
met een solo van Antoine Prawerman op basklarinet. Roger is de
schelpdierensoep aan het opwarmen. Iemand vraagt of we thee hebben.
Thee... hebben we thee. We hebben rozebottelthee, ontdek ik. Prawerman
is verbluffend. Het instrument klinkt alsof het tien binnenkanten heeft.
Later zal hij uitleggen dat de improvisatie gebaseerd is op een systeem
van 12 tonen en 13 kleuren. Of hij zich laat leiden door de kleuren die
hij tijdens het improviseren om zich heen ziet, vertelt hij er niet
bij. Wel dat bepaalde registers van de basklarinet het klanktimbre van
een trompet hebben.
De tweede actie is een performance van Lazara in
een décor van videoprojecties. De films zijn van Jan, ter linkerzijde
een zelfportret, ter rechterzijde kleurimprovisaties. Er vallen nog wat
bezoekers binnen. Eén van de bezoekers gaat in lotushouding zitten.
Giovani
Barcella zit in de kubus. Judith bestelt nog een wijntje, een Père
Guillot, vin du côte de Nîmes. In de doorgang naar de brainboxruimte is
een geïmproviseerde keuken: twee schragen op een plank, een pollepel en
een zwarte kookpot. Er is een plank met broodhompen, een voorraad
plastieken soeplepels en servetten met rood ruitmotief. Pikante soep.
Almejas en garnalen op smaak gebracht met koriander. Marc is terug van
weggeweest. In de kubus is Barcella aan een eerste drumsolo begonnen.
Wat later begint Juan aan een danssolo. In de andere ruimte (...) heeft Eli van Ciclic een gitaarversterker en
nog wat gerief klaargezet. Juan stapt in het rond, kijkt, tast af. Luid
galmen de klokken van de Machariuskerk. Emilie springt binnen, net op
tijd om Juan aan het werk te zien. 'Ik heb juist m'n lenzen niet in,'
fluistert ze. Juan heeft helemaal het lichaam van een danser, plooibaar
van grote teen tot linkerneusvleugel, het ene moment stug, dan
elastisch alsof hij van rubber is, vers rubber dat als smeltend goud uit
een boomstam lekt, meteen daarop houterig, een druppel die vertraagt en
dik wordt en tijdens dat alsmaar dikker worden opeens valt, verdwijnt,
verandert, in een snaar verandert die doormidden breekt, uiteenknalt in
plotse beweging, een beweging die alle andere bewegingen samenvoegt,
plots, abrupt, een opeenvolging van rond, vierkant, het afgetrainde
lichaam in een kanteling van geometrische vormen. Het bezoekersaantal is
weer aangedikt tot meer dan 30. Er komen nog mensen aanstappen. Juan
pauseert. Hij staat niet zo ver van de plek waar die in Genua genomen
foto van Lien hing: de fotografe ligt op een muurtje, aan de onzichtbare
zijde van het muurtje is de Middelandse zee. Juan staat vlakbij het
muurtje. Hij hijgt, blaast uit, kijkt, bekijkt, bekijkt het publiek, de
andere dansers, het blijkt uit het principe van z'n houding, de
kijkenden die door het kijken in bekekenen veranderen. Traag buigt hij
door de knieën. Traag, nog trager, traag als het doorbuigen van een
honderd jaar oude tak. De tak hurkt, gaat zitten. Nog tragere beweging:
eeuwen leunen over elkaar heen en eindigen in het liggende lichaam van
de danser. Dan, zodra hij ligt, neergeveld door een kaakslag die in het
paleolithicum plaatsvond... van de beruchte Urk Piw van de stam van de
op rotsblokken kauwende olifantenjagers... Urk Piw, de beruchte Urk Piw,
uitvinder van de kaakslag... Half verdoofd staan we in de grote zaal.
Juan veert overeind, traag als een riet dat zich opricht in oude, stugge
modder. Dan, nog trager, hij zit, onderzoekt, herinnert zich hoe het is
om te groeien. Er is geen haast bij. Het bodemonderzoek vergt tijd. Hij
staart, kijkt, het is een gebeeldhouwd kijken. Overeind komt hij eerst
half zittend, dan bijna kruipend, een huilende beweging, traag in alle
onderverdelingen en vertakkingen van die ene beweging die het lichaam
maakt, traag in het overeind staan, ultieme verbuiging geloogd in een
zindering van uitzichtloze traagheid. Hij stapt naar de houten
tussenwand, tilt het woord FINE op. Applaus barst los.
De volgende
act is een duo met Eli op gitaar en Nan-Ping dans, percussie, vocals.
Michael en Xenia vallen binnen. Nan eerst kruipend, schreeuwend, dan
ritmisch met houtblokjes op vloer, in een latere fase op sakuhachi,
verticaal. Het gitaarspel van Eli is verbluffend.
2009. crox 299, Zennestraat 17, Brussel. Mahaworks, CiclicRecords en TVF art doc cinema hebben elk een programma op het gelijkvloers van het pand in de Zennestraat.
2011. Le Lab nr 3. 7 juli. Avondvullend programma met muzikale acts en video & fotografie. Marco Loprieno (IT/EEeb bass tuba, tenor sax, trompet, nagaswaran), Jan Pillaert (EEb bass tuba), Antoine Prawerman (klarinet, basklarinet), Audrey Lauro (sax), Pak Yan Lau (keyboards), Lazara Rosell Albear (drums, pocket trumpet, video). Fotoprojectie tijdens de set met Audrey Lauro en Pak Yan Lau. Foto's van Japanse fotografen, o.a. Tomoko Imai, Hisashi Murayama en Takeshi Kishi.