crox 313. Buffet Gent Dampoort / videofilm. September 2009. Iedereen die hem kende, wist z'n voornaam. Herman. Wat ze ook wisten was dat hij uit Eeklo kwam, daar ooit een huis zou hebben gehad en van adellijke afkomst was, hoewel dat laatste niet gepreciseerd kon worden. Niemand wist er het fijne van. Ook z'n familienaam bleek een goed bewaard geheim, zelfs Freya, die hem gefilmd en geïnterviewd had, moest toegeven dat ze 't niet honderd procent zeker wist. Of 't Aguilera was of wat anders. Zei je Herman, dan wist iedereen over wie je het had. Een spichtig mannetje in lompen. Op een keer had ik hem vlakbij de Kapiteinstraat op een bank zien liggen dutten. Eind jaren tachtig kwam ik hem vaak aan Sint-Jacobs tegen. Het huis dat hij had gehad, was afgebrand. Hij stonk een uur in de wind, ververste zich helemaal nooit. Hoe oud hij precies was, viel moeilijk in te schatten. Er was een tijd geweest dat hij bij Bloch tussen de gepoederde dames aan tafel zat. De oude Bloch had een zwak voor Herman, die er als een verwaaide specht uitzag en naar urine rook. Hij kreeg gratis koek en een kop koffie, zei geen woord. Jaren aan een stuk had ik hem op het plein gezien, vaak bij Jean en Margriet, en omdat ik daar net zo vaak een pak friet ging halen sprak ik hem wel eens aan, maar dat leek hij ongepast te vinden. Toen hij op een keer toch wat zei, begreep ik dat ik zijn goedkeuring gekregen had. Je bent een fijne vent en hou nu maar je mond, meer had hij niet willen zeggen. Freya had hem gefilmd en ook geïnterviewd toen hij, jaren later, steeds vaker in de buurt van Gent Dampoort rondhing en een vaste klant van het stationsbuffet werd. Ze had vooral de andere stamgasten geïnterviewd, uit Herman had ze niet veel los gekregen. En ze had zijn begrafenis gefilmd en de ceremonie op een strooiweide. De dood van Herman ging niet onopgemerkt. In januari 2007 was hij in de buurt van Gent Dampoort uitgegleden over het beijzelde voetpad. Hij was blijven liggen, een ambulance had hem naar een ziekenhuis gebracht en daar was hij gestorven. In een bed. En enkele dagen later hadden ze daar in De Morgen over geschreven. Twee bladzijden en een foto van Herman, een klein, spichtig mannetje helemaal achterin de foto in een kaal en wijd landschap waar op dat spichtige mannetje na eigenlijk helemaal niets te zien was. En daarover gaat die film van Freya Maes. Het is haar eerste film, een kleine film, een meesterwerk.
crox 389 (2011). MERY ME. Presentatie van een in Armenië gerealiseerd fotoproject. Simultaan ook nog projecten van Giannina Urmeneta Ottiker, Yuji Harald Matsumoto en Nele Van Canneyt.
Freya: 'MERY ME is het verhaal over Mery Sogomonyn, een Armeense vrouw die ik fotografeerde in Yerevan. Ze is 33 en deelt een klein appartement met haar dochter en moeder. Ze verliest zeer vroeg haar vader, wordt jong zwanger, trouwt, maar het huwelijk houdt niet lang stand. Vandaag heeft ze - zoals ze zelf schrijft - als levensdoel "in een boeiend land te wonen, in een mooi huis, met een liefdevolle echtgenoot en aardige kinderen, in een gezin waar liefde, respect en begrip voor elkaar op de eerste plaats komen, een geschikte baan te hebben en van het leven te genieten en natuurlijk altijd de mooiste te blijven.'
Overal in Yerevan kijk je uit op de mythische berg Ararat die zich net over de grens op Turks grondgebied bevindt. Freya: 'Dat is tragisch, niemand is er ooit geweest, maar ze praten er elke dag over.'
Op de foto's zie je het kleine appartement waar Mery woont, in het centrum van Yerevan, de dochter die hoge verwachtingen heeft, het als model zou willen maken en ook tekeningen maakt van hoe ze dat ziet.