Brainbox#3 (herfst 2013) wordt op gang getrokken door Michaël Borremans, Hannelore Van Dijck en Miet Warlop. Probleempje. Miet, die net als alle andere in het project betrokken Brains maanden eerder toegezegd had, komt laattijdig tot de vaststelling dat ze voor exact zelfde periode nog een project heeft, in Zürich, een theaterproductie, iets waar ze niet onder uit kan. Michaël, kuch, merkt op dat hij in Leipzig verwacht wordt voor een borrel met Rauch. Ik bevind me in Avignon nadat ik van Saint-Nazaire de loop van de Loire stroomopwaarts volgend in Sainte-Eulalie beland was, vlak bij de bron van de Loire. In Avignon logeer ik in een negentiendeeuws hotel. Op het kamertje mag niet gerookt worden. Eén week later alle hens aan dek. Reeds tijdens de eerste werkvergadering bedenkt Michaël dat hij bij hem thuis nog dat ouwe karretje staan heeft, een DAF bouwjaar 1974, aangekocht door Hot Couture voor een promofilmpje. 1974 is het laatste bouwjaar van het ooit roemruchte karretje. Eerst hadden ze er eentje in Groningen gevonden voor het zachtgekookte prijsje van 1.500 euro. Om een DAF veilig te kunnen besturen hoor je over een daf-certificaat te beschikken, het zogeheten Dementie A-Plus Formulier, zonder is het besturen van een DAF een duivelse klus. Dus besluiten ze om uit te kijken naar een modelletje dichter bij huis en vinden er eentje dichter bij huis, in Antwerpen, voor het ingekookte prijsje van 2.000 baf. Hot Couture stemt er mee in dat het karretje bouwjaar 1974 voor de symbolische aankoopsom van 1 euro aan Brainbox#3 overgedragen wordt. Michaël klaart de klus, rijdt met het karretje van Wittemolenstraat 111, waar het geparkeerd stond, naar Lucas Munichstraat 76/82.
Foto 1: Hannelore en Miet en The Brainbox Beast. Foto 2: Michaël legt uit dat je met dit karretje makkelijk Marseille haalt, als je je er tijd voor neemt tenminste, zo goed is het geconserveerd. De motor is een juweeltje. Foto 3: Miet aan het stuur van The Brainbox Beast tijdens wat uiteindelijk de laatste rit van het autootje werd.
De tweede groep, Steffie Van Cauter, Peter Van Hecke en Jesse Cremers, komt niet tot een gezamenlijk uitgangspunt. Foto 1: na slopend de koppen bijeen gehad te hebben, lang voor de eerste groep met het karretje op de proppen gekomen was, besluiten Peter en Jesse om de motor van het karretje een grondige beurt te geven. Cremers, thuis in de materie, heeft wel zin in het Jongens & Wetenschap speurwerk naar iets met de motor. Foto 2 & 3: Peter en Jesse bouwen het karretje om tot een printer. Foto 4: Steffie, die met het autootje liever een tochtje naar Zeeland, Cornwall of Normandië gedaan had, met z'n drieën, om pas tijdens de openingsavond van groep twee weer in croxhapox te belanden met het reisverslag, distantieert zich van het Jongens & Wetenschapgedoe. Ze neemt een song op waarvoor ze als instrumentatie alleen gebruikt de geluiden die het karretje voortbrengen kan en brengt de songlines op een van de muren aan. Het autootje krijgt het ongemakkelijke gewicht van een met vet en smeersel ingedikte, onbruikbare zakdoek.
Groep drie wordt vertegenwoordigd door de narren van drie monumentale mogendheden: Frank & Robbert en Robbert & Frank van Bruce Oxlands, Benjamin Verdonck van Het OsOsTheater en Dirk Zoete van het Oink Oink Oink Archipel. Een hectische week. Het karretje ondergaat een tweede transformatie. De leden van de stoet van plotse vrolijkheden rijden naar het ingebeelde Ultima Thule. Een draderig verlangen van stof, Sehnsucht atomisch.
Nadat de vierde groep zich onvoorwaardelijk van het project gedistantieerd had en bovendien ook nadrukkelijk verzocht om de ingreep niet te documenteren,
zorgt vijf voor een nog definitievere ingreep. Jasper Rigole, Oshin Albrecht en Inkeri Harri brengen een handlanger in die het karretje in twee stukken zaagt en tunen het project met het pre-Nouvelle Vague van Alfred Hitchcock. Het in twee gesneden karretje wordt een plek om vanuit de cockpit of het achtereind naar het zich tussen beide helften bevindende scherm te kijken met de historie van zomaar een vluchtige uitstap in de Zwitserse Alpen. Met de DAF bouwjaar 1974 is het afgelopen. Tenzij je in de cockpit alsnog Wetteren haalt en het achtereind in Oostakker eindigt. In de volgende fases komt het fabrikaat op een inhoudelijk niveau, waarbij eerst het project zelf ingemetseld wordt en meteen daarop alles in een dikke mist belandt. De restanten van het karretje zijn in ijsschotsen veranderd. Blatend en ijlend dwalen schimmen. Het spektakel is herleid tot nul.